Algemene informatie
Latijnse naam: Pethia conchonius
Familie: Cyprinidae
Herkomst: India, Banglades, Pakistan en Nepal
Maximale grootte: 6 cm
Temperatuur: 18 tot 24 graden
pH: 5,0 – 7,0
Biotoop: Azië
Voeding
De Pracht Barbeel is ook qua voer geen moeilijke vis. Alle soorten voer worden graag opgenomen. Droogvoer, fijne zachte plantenbladeren maar ook levend (diepvries) voer als muggenlarven, watervlooien, en artemia kunnen worden gegeven. Zorg wel voor voldoende afwisseling.
Hieronder de directe links naar ons voer:
Inrichting van het aquarium
Hoe het aquarium is ingericht maakt niet zo heel veel uit, zolang er maar voldoende zwemruimte is. Het aquarium moet tenminste wel 80cm zijn. De bak kan verder worden ingericht met een dichte randbeplanting zoals Vallisneria, Cambomba, of Javamos. Ze houden van veel stroming maar noodzakelijk is dit niet. Bij het zoeken naar voedsel grondelen ze af en toe over de bodem. Scherp grind wordt dan ook afgeraden. Ook kunnen ze in de zomer buiten gehouden worden in grote bakken of een vijver. Wel zorgen dat ze weer naar binnen kunnen als de temperatuur gaat dalen. Ondanks dat ze andere vissen met rust laten is het door zijn zeer actieve zwemgedrag niet aan te raden deze soort te combineren met al te rustige of tere vissen. Geen maanvissen of Goerami´s erbij houden anders kunnen ze gaan “vinbijten”, andere levendige soorten laten ze wel met rust.
Kweken
De kweek van de Pethia conchonius is relatief eenvoudig. Je hebt er wel een aparte kweekbak voor nodig aangezien het notoire eier eters zijn. De kweekbak heeft bij voorkeur een plek waar hij de ochtendzon opvangt. Op de bodem 2 lagen knikkers plaatsen om te voorkomen dat de ouders direct de eieren opeten. Boven de knikkers een flinke bos Javamos of myriophyllum waartussen de ouders de eieren zullen afzetten. De kweekbak moet voorzien zijn van dekruiten. Bij de paring schieten ze nog wel eens boven het water uit.
Als u het schooltje Pracht barbelen regelmatig bekijkt valt het vanzelf op welke 2 dieren een paartje vormt, zij zoeken elkaar steeds op. Deze man en vrouw plaatst u ’s avonds in de kweekbak. Vaak zetten ze de volgende ochtend al eieren af. Na het afzetten van de 200-300 eieren kunt u de ouders verwijderen. De jongen komen na 30 uur uit en kunnen worden gevoerd met fijn stofvoer en vers uitgekomen artemia.
